Zoeken

Sluit zoeken
Terug naar Programma archief

(Archief) De Zachte Stad

Wol van Rotterdamse schapen: onverwacht waardevol!

Dit project was onderdeel van DDW 2022
Prima kwaliteit wol van dit Rotterdamse schaap — © Roel van Tour

2.500 aaibare schapen houden in een stad vol moderne architectuur het gras kort. Goed voor 5.000 kilo wol per jaar. Christien Meindertsma onderzocht de kwaliteit van Rotterdamse wol. Wat een waardeloze berg restmateriaal leek, blijkt een schatkist vol innovatieve verrassingen en waardevol materiaal.

Geen waardeloze berg restmateriaal maar een schatkist vol verrassingen.

Al jaren houden Rotterdamse schapen het gras kort. Per jaar produceren ze zo’n 5.000 kilo wol. Tot niet zo lang geleden was die wol bijna niets meer waard en deden we er niet veel mee. Zonde! Zeker in een tijd met grondstof schaarste. Bovendien zijn klimaat-, energie en circulaire opgaven in de stad ambitieus. Voor al het afval zoekt Rotterdam een nuttige toepassing, ook voor schapenwol.

Met ongekend enthousiasme onderzocht ontwerper Christien Meindertsma de kwaliteit van Rotterdamse wol en ontwierp toepassingen voor nu en in de toekomst. Ze overtrof verwachtingen: wat een waardeloze berg restmateriaal leek, blijkt een schatkist vol verrassingen. Niet alleen voor de warme trui of winterse muts. Juist ook voor interieur-, bouw- en zelfs de muziekindustrie. Met de resultaten van haar onderzoek opent Christien deuren naar innovatieve technieken en toepassingen die eerst onmogelijk leken. Ze geeft de ziel aan de wol terug.

De veelzijdigheid van de wol blijkt duizelingwekkend.

Christien: ‘Sommige stappen in het proces waren ontroerend om mee te maken. Juist omdat het in het begin zo’n hopeloze berg materiaal leek. Dat grote contrast maakt het heel mooi’.

Het was best een gok om eigenaar te worden van deze enorme berg wol en te experimenteren. Maar ik had een goed voorgevoel. En veel zin in de uitdaging. De opdracht was helder. Daardoor durfde ik het aan. We zijn nu bijna twee jaar onderweg. De veelzijdigheid van de wol blijkt duizelingwekkend’.

‘Ik ben blij verrast dat er zo’n gevarieerdheid is aan uitkomsten. En met de nieuwe productietechniek die we ontwikkelen. En zeker ook op de weg die ernaar toe leidde. Ik werk met bijzondere mensen die een nieuwe keten vormen. Samen leren we veel. Het uitdenken van zo’n traject en dan ook echt pionieren en ontdekken is het mooiste wat er is’.

Christien werkt sinds 2003 met wol, vanaf haar eindexamen. ‘Ik ben dankbaar dat ik alle ervaringen die ik vanaf toen heb opgedaan mocht samenbrengen. En dan blijken er zoveel onverwachte mogelijkheden te ontstaan. De tijdsgeest veranderde en het lijkt erop dat de wil om van deze (en andere wol in Nederland en Europa ) iets mooist te maken nu ook breed wordt gedragen'.

Het onderzoek leverde veel meer op dan verwacht.

Carolien: ‘Appeltje-eitje, dacht ik in het begin’. De werkelijkheid bleek weerbarstiger. In Nederland ontbreken allerlei schakels die nodig zijn om wol grootschalig en hoogwaardig te verwerken op een manier dat je er ook je boterham mee kunt verdienen. Met Christien begonnen we bij het begin: wat is eigenlijk de kwaliteit van onze wol? Bij circulariteit is dat de hamvraag, omdat het belangrijk is om materiaal zo lang en hoogwaardig mogelijk te gebruiken’.

‘Het onderzoek leverde veel meer op dan verwacht. Christien heeft al jaren een fascinatie voor wol. En een groot netwerk. Wat bleek? In de handen van de juiste mensen blijk je onze wol heel goed te kunnen verwerken tot hoogwaardige producten. Maar daarmee eindigde de zoektocht niet. Want er is natuurlijk een reden dat we die wol nu niet tot deze producten verwerken. Daarvoor ontbreken de kennis, de faciliteiten en het verdienmodel’.

‘Christiens nieuwe techniek biedt grote kansen. Niet alleen om wol heel hoogwaardig toe te passen maar ook om gebruik van bijvoorbeeld schuimrubber te voorkomen. Hoe mooi zou het zijn als deze innovatie helpt lokale wol ín Rotterdam te verwerken en het gebruik van fossiele grondstoffen vermijden'.

Rotterdamse wol, klaar voor gebruik — © Roel van Tour

Verse wol uit Rotterdam — © Roel van Tour